Bericht van: Sjoerd (Leiden centrum)
, 17-07-2013 10:31
Het weercijfer is een objectieve beoordeling van het weer. Zon, wind en regen bepalen de hoogte van het weercijfer. Alles tussen de 1 en 10 is mogelijk. Met het weercijfer hebben we het hele jaar een objectief rapportcijfer voor het weer.
Historie
Het idee om de kwaliteit van het weer in een cijfer samen te vatten is afkomstig van Hugo Poppe uit België. Op basis van zijn methode is de Nederlandse variant door Harry Geurts (KNMI) ontwikkeld, waarbij een rapportcijfer van 1 tot 10 wordt gegeven. De in 1992 overleden weerman Jan Pelleboer heeft vergelijkbare cijfers een aantal jaren gebruikt in zijn weerberichten, maar bepaalde het getal op gevoel.
Rekenmethode
Het dagweercijfer wordt bepaald uit het weer van 7-19 uur in de winter en van 8-20 uur in de zomer. Daarnaast wordt er per 3-uursperiode (dus ook voor de nachtelijke uren) een weercijfer berekend. We gaan uit van een 10 en trekken punten af voor: veel wind, veel bewolking, neerslag en mist. Een volop zonnige en droge dag met weinig wind krijgt dus een 10.
De aftrek voor regen, wolken, onweer en mist vindt plaats via het symbool. Hoe slechter het weersymbool des te groter de puntenaftrek. Daarnaast vindt er nog aftrek van punten plaats wanneer het hard waait. Het symbool en de wind tezamen bepalen dus het weercijfer. Het dagweercijfer wordt voor de eerste 3 dagen bepaald vanuit de 3-uursweercijfers. Door naar de 48-uurstab te gaan kun je dus zien waarom een dag een bepaald cijfer krijgt. Regent het langdurig en worden er veel onvoldoendes gescoord dan zal het dagweercijfer ook lager uitpakken.
Theoretisch gezien kan het weercijfer lager worden dan 1. Als dit gebeurt, wordt het weercijfer toch een 1 .
Gevoelstemperatuur
De temperatuur speelt in veel gevallen geen rol. Weinig wind, veel zon en geen regen wordt zowel in de winter als in de zomer hoog gewaardeerd. In situaties met extreme kou of hitte wordt wel rekening gehouden in het weercijfer. Een hoge of lage gevoelstemperatuur levert aftrek in punten. Zo scoort zonnig weer, bij een gevoelstemperatuur van 38 graden, in bijvoorbeeld Spanje, geen 10 maar een 8.
Voor specifieke buitenactiviteiten speelt de temperatuur vaak juist een grote rol. Zo wordt bijvoorbeeld in het tennisweercijfer en het strandweercijfer rekening gehouden met de temperatuur.