[...]
Coalescentie is letterlijk samenvloeien. Hierbij ontstaat neerslag door het samenvloeien van waterdruppeltjes, die uiteindelijk zwaar genoeg worden dat ze uit het wolkendek vallen. Bij convectie (cumulonimbus) ontstaat neerslag door het Wegener-Bergeron-Findeisen proces. Daarbij bestaat de wolk uit een mengsel van ijskristallen en onderkoelde waterdruppeltjes (niet bevroren, wel T < 0°C). In de stijgende lucht in de bui groeien de ijskristallen samen tot sneeuwvlokken. Als ze zwaar genoeg worden, vallen ze naar beneden, smelten, vloeien nog deels samen en vallen op het aardoppervlak als regen.
Gr. Ben
Ter aanvulling: coalescentie vindt plaats door verschillende valsnelheden van wolkendruppels met een verschillende grootte. De grote halen de kleine in (naar beneden wel te verstaan), waardoor de kleine druppels ingevangen worden en zo de grote druppel steeds groter maken. Maar de 'grote' druppel is dan meestal niet groter dan een motregendruppel. Dit proces vindt met name plaats in stratusbewolking.
Zo ontstaat ook uitregenende mist: dat is hetzelfde proces, in feite is mist stratus op de grond.
Quote selectie