Het grootste risico na bosbranden is dat de vruchtbare bodemlaag wegspoelt. Dat speelt in reliëfrijke gebieden waar veel regen kan vallen en met onvruchtbaar gesteente.
Op andere plaatsen lijkt het me dat het herstel van het bos niet direct door de temperatuur geremd wordt. De stijging van het CO2-gehalte in de atmosfeer (maar liefst 30% sinds 1960) werkt juist bevorderend voor de groei van de vegetatie. Hierdoor kunnen verbrande plekken weer snel dichtgroeien, zolang de bodem dus voldoende intact is. Het stijgend CO2 gehalte draagt daardoor ook weer bij aan het toenemend bosbrandgevaar. Er ontstaan na een brand sneller weer grote aaneengesloten stukken met brandbare vegetatie.