Deze bui ook gezien en laten zien aan plaatselijke biologen; die de rotatie ook konden herkennen. Leuk stukje educatie na de supercellen in juni.
Op de eerste en laatste foto zijn aan de linkerkant LL-meso's zichtbaar; zwak en vooral kleine diameter. De zichtbare scud in de foto's culmineren in de meest linkse (en centrale regio's), als in de SVC (Leigh Orff, 2016). Ik blijf het interessant vinden hoe kleine-diameter buien dezelfde eigenschappen kunnen laten zien als grotere supercels.
Norderney-doppler (via Kachelmann) levert meer suggestief bewijs, al is de (spatiale en temporale) resolutie niet genoeg om het volledige beeld te geven. Transient gedrag weerhoud ons ervan om een continue beeld te krijgen van de cyclische mesocycloontjes. De rotatie zat zoals vaker bij low-topped supercels in de onderste kilometers. Toch is de typische (RFD-)staart is zichtbaar op de dBZ-composiet, alsmede de rotatie op verschillende hoogten in de radiale snelheid.


