Synoptische ontwikkeling:
Een hogedrukgebied met het centrum boven de Britse Eilanden heeft een uitloper richting Midden-Europa. Met een zwakke noordelijke stroming wordt vrij vochtige maritieme lucht aangevoerd, er is in eerste instantie nog wel sprake van een koude plaklaag. In het weekeinde trekt het hoog zich terug naar de noordelijke Atlantische Oceaan, met een naar west draaiende wind wordt de koude plaklaag opgeruimd. Aan de westflank van een omvangrijk lagedrukgebied boven Scandinavië komt een noord- tot noordwestelijke stroming op gang met aanvoer van maritiem polaire lucht, later op zondag passeert van het noordwesten uit een frontaal systeem. Na het weekeinde zien we een blokkade boven Groenland en een omvangrijk hoogtelaag met diverse grondlaagjes boven Scandinavië. Wij geraken dieper in de polaire lucht. Midden volgende week lijkt een actieve frontale afloper van een lagedrukgebied bij de Azoren tezamen met een lagedrukgebied over Noord-Frankrijk en België oostwaarts te trekken.
Modelbeoordeling en onzekerheden:
Het hierboven geschetste scenario wordt door het grootste deel van het ensemble ondersteund. In het weekeinde is het minder koud dan de voorgaande dagen, alleen het zuidoosten maakt nog kans op wat lichte vorst. Na het weekeinde komen we weer wat dieper in de polaire lucht, de maxima blijven beneden het langjarig gemiddelde en de kans op vorst in de nacht en ochtend loopt weer op naar ca. 60%. De neerslag krijgt waarschijnlijk een winters karakter, eerst vooral in de vorm van buien, de bovenluchten worden flink kouder. Interessant is de frontale afloper die volgende week woensdag net ten zuiden van ons land oostwaarts trekt. Omdat we ons dan aan de koude kant van een luchtmassagrens (LMG) bevinden levert deze storing bij ons mogelijk een significante hoeveelheid sneeuw op. De precieze koers van dit laag zal voor ons land van groot belang worden of en hoeveel sneeuw er gaat vallen. Mocht er zich een sneeuwdek vormen dan kunnen de daaropvolgende nacht extra koud uitpakken. Er is echter ook nog een kleine kans dat het frontale systeem veel noordelijker komt en dat we gewoon in de zachte lucht terecht komen. Op de langere termijn zien we een geleidelijke toename van de zachtere leden, dit zijn de leden waarin het geblokkeerde stromingspatroon geleidelijk plaatsmaakt voor een zonale stroming.
Samenvatting meerdaagse-periode:
Wolkenvelden en geleidelijk een toenemende kans op enkele winterse buien. Na het weekeinde kouder met vorst in de nacht.
Na het weekend is er landinwaarts een redelijke kans (30-60%) op gladheid.
Samenvatting EPS-periode:
Grote kans (ca. 80%) op een wisselvallig en vrij koud weertype met geregeld (winterse) neerslag. Later in de verwachtingsperiode neemt de kans op een zachter weertype toe.
Quote selectie