Beide stormen, 1972 en 1990 verdenk ik van een sting-jet-ontwikkeling.
De storm van 25 januari 1990 had zijn zwaartepunt verder zuidwestelijk. Vooral het westen en zuidwesten, en midden van de Benelux, werden zwaar getroffen, op die beruchte donderdag.
Vooral het tweede windstotengebied na het koufront was werkelijk indrukwekkend. Een eigenaardig gefluit en toen bomen die gierend plat gingen. Daken en kapellen werden van huizen geblazen en ramen gewoon ingeduwd. Grind door ramen heen.
Iets dergelijks kan gezegd worden van de storm van 13 november 1972, die in Zeeland de hoogste maximale windvlaag had van >45 meter per seconde. In de warme sector werden in het zuidwesten van Nederland de hoogste waarden gemeten. Later in de trog uit meer noordwestelijke richting, toen speciaal het noorden van Nederland zwaar te lijden had en daar windsnelheden tot dicht bij 40 meter per seconde had (en meer langs de kust) al blijft er onduidelijkheid waar precies het maximum viel.
