Er valt vrijwel altijd wel iets (nieuws) te schrijven over de droogte.
De lente van 2025 ligt op koers om een van de droogste lentes te worden die ooit zijn gemeten. Sinds maandag hoort dit seizoen zelfs tot de 5 procent droogste voorjaren. En het neerslagtekort loopt verder op: de komende weken wordt nauwelijks neerslag verwacht.
Maarten Keulemans is wetenschapsredacteur bij de Volkskrant, gespecialiseerd in klimaat en microleven.
Het neerslagtekort – de verdamping min de gevallen neerslag – bedraagt nu zo’n 62 millimeter, een hoeveelheid die gemiddeld maar eens in de twintig jaar voorkomt. De komende weken zal het tekort naar verwachting verder oplopen tot meer dan 100 millimeter. ‘Het is niet de meest extreme situatie ooit. Maar wel vrij extreem’, schetst droogteonderzoeker Job Dullaart (KNMI). ‘En de komende weken zit er nauwelijks neerslag in de verwachting.’
Boosdoener is de nogal noordelijke ligging van de straalstroom, vertelt Dullaart. Dat is de snelstromende ‘lopende band’ die op grote hoogte in de dampkring weergebieden vanaf de Atlantische Oceaan onze kant op drijft. Maar doordat de straalstroom zo noordelijk ligt, komen er bij ons nauwelijks regenzones vanaf zee aan en blijft ons land onder invloed van hogedrukgebieden boven het Europese vasteland. ‘De prognose is dat er de komende twee weken een hogedrukgebied boven Groot-Brittannië ligt. Dat blokkeert alles wat potentieel vanuit het westen over ons land zou trekken’, zegt Dullaart.
Overigens verschilt de droogte wel per plek. Zo viel er lokaal in Friesland, in Zuid-Limburg en bij Dronten afgelopen week tot wel meer dan 10 of 20 millimeter regen. In grote delen van Noord-Brabant, Zeeland, Zuid-Holland, Gelderland en Utrecht bleef het echter kurkdroog. Voor de komende weken verwacht het KNMI maar zo’n 4 millimeter regen, terwijl voor de maand mei 55 millimeter normaal is.
Het neerslagtekort trekt nu gelijk op met dat van 1976, een jaar dat uiteindelijk het droogste jaar ooit gemeten werd. Voordat ook 2025 in de records valt, zou het dan wel ook de komende zomer extreem droog moeten blijven. En daarover is nog geen zinnig woord te zeggen.
De droogte volgt op enkele toch al extreem droge maanden. Zo was maart met 6 millimeter neerslag tegenover normaal gemiddeld 53 millimeter de droogste maartmaand ooit geregistreerd. En in april viel er 10 millimeter minder dan het langjarig gemiddelde van 40 millimeter: ook al een drogere maand dan gebruikelijk. Vooral in de kustprovincies viel nauwelijks regen.
Intussen dreef de zon de verdamping op. Maart was met 247 uur zon de zonnigste maand sinds 1965 – normaal voor die maand is 146 uur zon. En april was met 250 uur zon goed voor een notering in de top drie van zonnigste aprilmaanden ooit gemeten. Alles bij elkaar was het neerslagtekort op 1 april, bij het officiële begin van de jaarlijkse registratie, eigenlijk al 48 millimeter, aldus het KNMI.
Het neerslagtekort is overigens maar één manier om naar droogte te kijken, benadrukt Dullaart. Daarnaast hanteert het KNMI enkele droogte-indexen en kijkt het onder meer naar de rivierafvoer, ‘om een compleet beeld te krijgen’, zegt Dullaart. Die afvoer is overigens bij Lobith wat lager dan gebruikelijk, maar op de meeste andere meetpunten nog normaal.
Het is volgens het KNMI nog te vroeg om te kunnen zeggen of het veranderende klimaat de hand in de droogte heeft. ‘We zouden graag het antwoord hebben op die vraag. Maar we weten het gewoon nog niet’, zegt Dullaart. Want, ter vergelijking: vorig jaar was de lente juist zeer nat. De jaren 2018, 2019 en 2022 gingen daarentegen de boeken in als bijzonder droog.