Laatst kreeg ik een pb'tje van Peter over de global warming hiatus. Het betreft een periode, van 1998 vlak na een krachtige El Nino tot aan 2015, waarin de temperatuur wereldwijd tamelijk stabiel bleef. Kan dat teruggevoerd worden op relatief sterke afsmelt van poolijs in die periode, was zijn vraag. Daarom kijk ik nu naar het stromingspatroon in die periode en vergelijk die met de jaren ervoor en erna.
Ik heb anomalieën van de composites van de zomermaanden van die jaren tegenover elkaar gezet, het tweede beeld is vanaf 1988 tot en met vorig jaar. Duidelijke verschillen, de ene periode is gunstiger voor de smelt van Groenlandijs dan de andere. Of dat het deficiet verklaart, waardoor de globoale opwarming stagneerde, geen idee. Ik denk dat stagnatie van de opwarming sowieso een thema is na een bijzonder krachtige El Nino.
De vraag van Peter:
De laatste tijd word ik regelmatig geconfronteerd met vraagtekens over de betekenis van de 'Global Warming hiatus', van 1998 tot 2015. Nu heb ik zelf ooit een bericht geplaatst hier op Weerwoord met de constatering dat in diezelfde periode er juist meer afsmelt van Arctisch ijs was, en dat de daarvoor benodigde (extra) warmte bijna even groot was als het 'gebrek' aan opwarming van de hele aardatmosfeer in die periode. Dat heb ik echter nooit verder onderzocht gezien.
Mijn idee is nu dat dit te maken kan hebben met een verandering in het gemiddelde stromingspatroon, waardoor er meer warmte richting Noordpool werd getransporteerd. Mijn vraag aan jou is nu of dat zichtbaar gemaakt kan worden met anomaliekaarten van het globale stromingspatroon, die je zelf regelmatig gebruikt en laat zien. De vraag is dus of het patroon van 1998 tot 2015 er duidelijk anders uitziet dan in periodes daarvóór. Voor een goed vergelijk zou je dit kunnen opdelen in periodes die ook ongeveer 15 tot 20 jaar beslaan, of mischien iets langer. Dan krijg je dus grofweg de jaren 80 en 90, en daarvoor de jaren 60 en 70. Geeft dit een opvallend verschil met de periode van de 'hiatus'? En kun je daarmee aannemelijk maken dat er in die periode relatief veel warmte poolwaarts is gestroomd? Al is dat laatste misschien geen eenvoudige vraag.
