Kleuren zijn gewoon de mediaan van de afwijkingen in het ensemble (100 leden). De contourlijnen laten zien hoe groot de spreiding (10-90e percentiel) binnen het ensemble is t.o.v. de klimatologie (ook 10-90e percentiel). Alles in het grijze gebied heeft ongeveer net zo veel spreiding in het ensemble zitten als wat binnen de klimatologische uitkomsten valt, oftewel, er valt niet heel veel over te zeggen. Alles onder een relatieve spreiding van 1 (100%) heeft minder spreiding dan de klimatologie voor een gebied, aangegeven met de groene contourlijnen.
Nu zie je voor West/Centraal-Europa juist paarse contourlijnen, wat duidt op een grotere spreiding dan in de modelklimatologie. Er zijn dan bijvoorbeeld meer extreme oplossingen in het ensemble dan je klimatologisch zou verwachten.
Het Meteogram voor West-Duitsland laat dit ook mooi zien bijvoorbeeld. Volgens de modelklimatologie voor 19-26 januari zijn de 10% warmste afwijkingen ca. +4.5°C en de 10% koudste ca. -5°C. In het huidige ensemble gaat het 90e percentiel naar +4°C en het 10e percentiel naar -9°C (nogmaals, allemaal afwijkingen t.o.v. de norm). Dat betekent dat de onzekerheid/range in het huidige ensemble (13 graden voor de middelste 80%) groter is dan voor de modelklimatologie (80% middelste oplossingen binnen 9 à 10 graden).
Quote selectie
gaaf!
( 60)
ik leer nog iedere dag en dat zal zo blijven.
( 48)