...het Hellmanngetal, ook wel wintergetal of koudegetal genoemd. Dit getal wordt verkregen door de etmaalgemiddelde temperatuur te nemen en, als deze onder nul ligt, dit getal te nemen, met weglating van het minteken. Dus: ieder etmaal met een gemiddelde temperatuur van 0,0 graden of hoger scoort niets, een etmaal met een gemiddelde temperatuur van -1,0 graden, één punt, een etmaal met -3,5 graden gemiddeld 3,5 punten, enzovoorts.
Winterliefhebbers zijn vooral geïnteresseerd in de hoeveelheid vorst die een winter oplevert. Beter en ook nauwkeuriger is het daarom om gebruik te maken van de vorstsom, die als volgt werkt: Bekijk van iedere dag de minimum- en maximumtemperatuur en zodra die eerste, of ze allebei onder het vriespunt liggen, tel die punten dan bij elkaar op, bij weglating van het minteken. Dus een dag met -2,0 om +4,0 graden, scoort twee punten, maar een dag met -2,0 om +10,0 graden, evenzeer! (In beide gevallen heeft het twee graden gevroren). Een ijsdag, waarbij dus ook de maximumtemperatuur onder nul blijft, scoort dus méér. Bijvoorbeeld: een dag met -5,0 om -1,0 graden scoort 5 + 1 = 6 punten, een steenkoude dag met -14,5 om -6,0 graden, maar liefst 14,5 + 6,0 = 20,5 punten!
In Bennekom staat het Hellmanngetal tot en met vandaag nog op nul, de vorstsom inmiddels op 4,3 punten. Daarmee zijn we hier de hele winter van 2014 al gepasseerd, want die kwam niet verder dan 3,3 punten!