De grootste 'driver' voor extremen komt - voor zover ik het begrepen heb op COP27 - voort uit instabiliteit van hoe de straalstromen bestuurd worden. Dit is een direct gevolg van extreem opwarmende polen (zowel Antarctisch Zuid als Arctisch Noord), die ervoor zorgen dat de temperatuur-differentiaal van N naar Z veel kleiner is dan die was. Dit zorgt ervoor dat de straalstromen minder op hun plaats gehouden worden, immers, de temperatuurverschillen op die hoogte zorgen voor druk en tegendruk, voor stuwing en zuigkracht. De straalstromen die normaliter West > Oost bovenin de atmosfeer over de aarde bewegen, gaan dat minder doen dan ze vroeger deden, en zorgen daardoor voor sinusvorming, golvende stromen van N naar Z en Z naar N. Alleen al die sturing zorgt voor hele grote nieuwe kansen op extremen, omdat er op uitzonderlijke wijze luchtstromen van heel ver Noordelijk naar ver Zuidelijk worden gestuwd, en andersom. Daarnaast ontstaan er zgn 'blocking events', waar wij al regelmatig de gevolgen van opmerken. Drukgebieden blijven weken, soms maanden, op of bijna op 1 plaats staan, omdat de straalstromen er omheen (of overheen, of onderdoor) bewegen, en de piek-drukpunten op hun plaats houden. Ook dat zorgt voor duur-extremen die we nog niet eerder zagen.
https://earth.nullschool.net/#current/wind/isobaric/250hPa/orthographic=10.31,2.36,585