In de koude sector bevindt de top van de grenslaag zich doorgaans op 850 hPa en daar staat 105 knopen (195 km/h). Boven water is de koude sector vrijwel altijd onstabiel dus in principe kan er convectieve menging optreden waardoor de wind het zeeoppervlak kan bereiken. EC en Arpege (de enige modellen waar ik kaarten van kon vinden op WZ) laten gebieden met 180+ km/h windstoten zien.
N.B. In de warme sector staat vaak ook veel wind op 850 hPa, maar vanwege de stabiele temperatuuropbouw zit de top van de grenslaag daar vaak al op 950 hPa of lager (d.w.z. dichter bij het aardoppervlak) en dat is vaak een beperkende factor voor windstoten.
Ik denk verder dat het vrijkomen van latente warmte altijd een rol speelt bij lagedrukgebieden, maar uiteraard niet zoals bij een tropisch systeem waar latente warmte de hoofdrol speelt.

