Gisteren zag ik iemand op het forum melding maken van kustconvergentie. Ik geloof dat het Marcus was maar ben het niet honderd procent zeker.
Wat ik hierna beschrijf is vooral interessant voor mensen die langs de kust wonen of geïnteresseerd zijn in typische kustfenomenen (en die monokini schuiven we even langs de kant)
Dit proces is vooral van toepassing in de nazomer, de maanden september en oktober, wanneer het water van de Noordzee nog een behoorlijke temperatuur heeft en het aardoppervlak ten gevolge van een stralingsnacht fel afkoelt. Op deze manier wordt er een heel sterke temperatuursgradiënt gecreëerd en dit speelt een belangrijke rol in dit verhaal.
Het principe: de convergentie ontstaat ten gevolge van het verschil in wrijvingscoëfficiënt tussen land en zee. De wrijving over land is sterker dan op zee en dit zorgt er voor dat de wind 20 tot 30 graden meer gekrompen zal zijn (bijvoorbeeld op zee 230°, over land 200°).
Het fenomeen: veel van mijn collega kustbewoners met interesse voor het weer zullen het zeker en van reeds opgemerkt hebben, na een heldere nacht in sept of oktober dat men droog en zonnig weer voorspelt maar dat er over zee 's morgensvroeg van die prachtig opbollende Cumili te zien. Het gebeurt dan ook dikwijls dat er één van die kerels binnendrijft en zorgt voor een fikse bui langsheen onze prachtige kust (als je je ogen dicht doet voor al die appartementsgebouwen). Eens tien uur in de ochtend gepasseerd verdwijnen de wolken en wordt het een prachtige dag.
De uitleg: naast de hierboven voorwaarden is het ook noodzakelijk dat er op zee een wind waait de nagenoeg evenwijdig is aan de kustlijn. Langs de belgische Kust is dit zuidwest (220°-230°). In dit geval staat er over het land een wind van het zuidzuidwesten (200°-210°). Ten gevolge van deze windshift ontstaat er aan de grond convergentie met andere woorden er wordt op cyclonale wijze massa naar elkaar gevoerd waardoor deze verplicht is om op te stijgen. Hierbij komt ook nog dat er koude lucht van over land over het warme zeeoppervlak gestuurd wordt. Hierdoor wordt de onderste laag van de koude landlucht opgewarmd, stijgt (versterkt door de convergentie), koelt af, condenseert en vormt een wolk. Als de luchtmassa voldoende onstabiel opgebouwd is leidt dit tot Cumulus Mediocris waaruit er een flinke bui kan vallen.
Als in de loop van de voormiddag het landoppervlak terug opwarmt valt het temperatuursverschil weg waardoor ook de zeeconvectie wegvalt.
Dit was een kustmannen(-vrouwen) onderonsje maar ik hoop dat ook de landrotten er iets van opgestoken hebben.
Vriendelijke groeten. R.
Quote selectie