Naaldbomen zijn erg effectief in het afvangen van fijnstof. Veel soorten van het geslacht Pinus hebben ook nog eens een erg goede droogtetolerantie. Van de Europese soorten aangeplant in Nederlandse bossen lieten Pinus mugo, Pinus sylvestris, Pinus pinaster en Pinus nigra afgelopen zomer dan ook weinig signalen van droogtestress zien. De Zuid-Europese parasolden (Pinus pinea) doet het ook verbazingwekkend goed en lijkt volkomen winterhard.
Van Douglasspar is bekent dat de herkomst erg bepalend is voor de droogtetolerantie. Voornamelijk bomen van de Canadese westkust (Vancouver Island e.o.) lijken geschikt voor het (toekomstige) Nederlandse klimaat. Deze regio kent immers ook behoorlijk droge (warme) zomers en erg milde (natte) winters.
We moeten niet vergeten dat veel van onze inheemse bomen en struiken ook gewoon in Zuid-Europa voorkomen. De zomer- en wintereik komen bijvoorbeeld tot aan Portugal, Spanje, Midden-Italië en Turkije voor. Onze zomer- en winterlinde, beuk, sleedoorn en meidoorn komen nog zuidelijker voor.
Bij het korhoen speelt klimaat nu nog een kleine rol zo lijkt het. Het is vooral de veel te hoge stikstofdepositie waardoor het insectenleven totaal naar de klote is gegaan. Oftewel, de kuikens verhongeren massaal (voorbij de kuikenfase gaan ze over op plantaardig voedsel).
Quote selectie