Het is een evenwicht, dat smelten en weer aangroeien.
Door veel afsmelt, in NL hogere rivier standen. Zijn ook maatregelen voor gekomen om geen overstromingen meer te hebben. De neerslag die in de bergen valt, wordt bij hogere temperaturen en zonder gletsjers direct afgevoerd ipv vertraagd.
Door straks geen en kleinere gletsjers is er straks geen vertraagde afvoer (geen smelt meer ) in de droge zomerse periodes. Rivieren zakken dan tot onder het punt waarop ze gebruikt kunnen worden zoals we dat nu doen, waaronder scheepvaart, koelwater (energie en industrie), drinkwater.
En de zee komt dieper het land in. Het zoute zeewater is in droge periodes nu al te meten thv Schoonhoven en Sliedrecht. En dat heeft weer gevolgen voor waterinlaat in droogte gevoelige polders (in tegenstelling tot wat veel mensen denken, moet in droge periodes extra water aangevoerd worden in polders die zakken door droogte).