Bedankt voor de technische aanvullingen.
Dus als ik het begrijp beïnvloed het waterdampgehalte de dichtheid van de lucht (dat klopt want waterdamp is lichter) en de virtuele temperatuur corrigeert daarvoor.
Maar dan begrijp ik dit niet...
Je ziet dat in deze vergelijkingen de zwaartekracht g ook wordt meegenomen, dit is om o.a. het effect mee te nemen dat de zwaartekracht sterker drukt op een opstijgend luchtpakketje met waterdamp dan eentje zonder waterdamp, zodat het natte pakketje minder drijfvermogen genereert dan een pakketje in droge lucht. CAPE stelt al met al dus de hoeveelheid potentiële energie voor die vrijkomt om het werk te verzetten om het luchtpakketje omhoog te krijgen (immers het drijfvermogen kan voorgesteld worden als een kracht werkend op een volume).
De zwaartekracht drukt meer op de zwaardere omgevingslucht dan op het luchtpakketje. Vanuit dat krachtverschil gaat de bel stijgen. Dus op een vochtige bel zou de zwaartekracht minder moeten drukken.
Er zijn nog andere problemen met CAPE. Zo wordt geen rekening gehouden met de faseveranderingen van waterdamp terwijl het luchtpakketje opstijgt. Er wordt ook geen rekening gehouden met de, zij het kleinschalige menging van drogere en warmere lucht van de omgeving.
Ik neem aan dat je hier de faseverandering van vloeibaar naar vast bedoelt. De fase overgang van gasvorming naar vloeibaar (condensatie) wordt al meegenomen in de natadiabaat lijkt me.
Hierbij kom ik bij een vraag die ik altijd al had willen stellen: In hoeverre wordt de stollingswarmte bij het bevriezingsproces meegenomen in de natadiabaat?
Ik dacht van niet. Omdat de natadiabaat onafhankelijk is vanaf het punt van condensatie en de stollingswarmte niet.
Verder zijn er natuurlijk talrijke factoren die de werkelijke stijging van het luchtpakketje beïnvloeden. Je hebt al een paar genoemd maar ook het gewicht van de wolkendruppeltjes en neerslag tellen mee en bovendien spelen electrostatische krachten een rol.
groeten Victor
Quote selectie