Als de eps na zes virtuele dagen uitkomt op een stroming die twee onderscheiden kanten kan kiepen, geeft ie een bif voor het vervolg. Dat is logisch. De waarde van de Uitvoer van die zesde dag is echter al tamelijk gering, hoewel niet meer nul. De kans is groot dat de volgende pluimen geen bifurcatie meer laten zien, maar meer of minder tubes of gewoon een gespreid geval - dat hangt dan weer van de Uitvoer voor die dag nu nummer 5 1/2 af! De kans is niettemin ook aanwezig dat de bifurcatie nog even blijft.
Je kunt een bifurcatie in het GKB in wezen dus op dezelfde manier beoordelen als een specifieke Uitvoerkaart. Bifurcaties in de Uitvoer komen en gaan zowat als de virtuele Scandi's in de GFS-GlasKugel. Dat komt (even hetzelfde anders uitgelegd) doordat de grap van bifurcatie is dat ie op een moment(-opname) begint. De meeste weerssituaties evolueren tamelijk eenduidig (vandaar de Modelbetrouwbaarheid tot +120h ofzo), sommige zijn wipsituaties die een enkele keer zelfs per +72h volslagen 'bifurc' uitpakken (hetgeen 's winters slecht voor het winterliefhebberhart is
).
Hey Remko,
Mijn punt is -- en het lijkt wel of je daar compleet aan voorbijgaat -- dat je binnen de termijn van de pluim lang niet altijd
kunt belanden op een 'omkieppunt'; dus dat een winters vervolg lang niet altijd tot de mogelijkheden behoort binnen een termijn van 15 dagen. Soms zit je zo dicht bij de attractor van een zachte oplossing, dat 15 dagen niet genoeg zijn om uit de 'greep' van die attractor te ontsnappen. Of dit zo is kun je met het LT-deel van de pluim dus een beetje afschatten.
Dat is ook wat ik bedoelde toen ik naar de Lorenzvlinder verwees.
Groet,
Alwin
Quote selectie