Nu vind ik net jouw uitleg verwarrender
Even proberen het simpeler te zeggen:
stel je een luchtkolom voor. Door warmteadvectie wordt de luchtkolom uitgerokken in het verticaal. Inderdaad, je kan zeggen dat je op een bepaalde grote hoogte een hogedrukgebiedje krijgt ten opzichte van de lucht rondom deze kolom. Want door de uitrekking is daar (in de kolom) nu meer lucht aanwezig dan buiten de kolom op dezelfde hoogte.
Dus onstaat er divergentie. Het overschot aan lucht dat daar is, wordt verspreid naar het gebied errond dat dus relatief gezien arm aan lucht is.
En we weten allemaal dat divergentie in de bovenlucht leidt tot convergentie aan het aardoppervlak, dus stijgende lucht en dalende luchtdruk.
Dat zal lemaal waar wezen, maar een druk op het aardoppervlak is het gewicht van de luchtkolom erboven. Warmere lucht onderin betekent koudere lucht bovenin. Het is een iets andere benadering, maar krijg daar maar eens een speld tussen.
Groet,
Cees
